Ook in het mooie najaar van 2018 was het, conform de traditie, weer tijd voor een meerdaagse voettocht met rugzak en tent. Maar na 60 voettochten te hebben gemaakt besloten we het dat jaar – mede vanwege het klimmen der jaren én bij wijze van proef – eens ánders aan te pakken. Niét meer vier dagen ‘zeulen’ met een zware rugzak. In plaats daarvan vanuit één centrale plek een paar dagen leuke en interessante wandelingen in de omgeving maken met slechts een ‘dagrugzakje’ op de rug. Overigens was de teller van ‘echte meerdaagse voettochten met rugzak en tent’ in mijn geval blijven steken op 55. De overige vijf tochten waren twee voettochten van jeugdherberg naar jeugdherberg in de Belgische en Luxemburgse Ardennen en in latere jaren een tweedaagse berghuttocht in de Italiaanse Dolomieten, alsmede twee zesdaagse berghuttochten in de Oostenrijkse Ötztaler Alpen.
De ‘centrale plek’ werd gevonden in camping ‘Polleur’, gelegen aan de oever van het riviertje de Hoëgne (spreek uit: ‘Honje’) tussen de dorpen Theux en Polleur, niet ver ten noorden van Spa in de Belgische Ardennen. Je kunt daar op zich je tentjes opslaan, maar wij huurden voor tien personen twee ‘cabanes’. Dat zijn ‘kampeerhutten’ van 16m2, geschikt voor zes personen. De cabane heeft houten wanden en een vast dak en is tevens voorzien van een ruime luifel, waaronder je kunt koken op een vierpitsgastoestel, geplaatst op een ruime koelkast. Onder de luifel is een houten ‘picknickset’ aanwezig en wat gemakkelijke stoelen met leuning. Kortom: ‘luxe’ boven onze traditionele norm. Voor de goede orde: de overige kampeerspullen dien je zélf mee te nemen. Te denken valt aan slaapmatjes – de cabane is zeer eenvoudig uitgevoerd, heeft één grote vierkante houten vloer (zonder splinters!) en verder niéts –, slaapzakken, pannen, eetgerei en dergelijke. Wij hebben de cabane als positief ervaren. En je hoeft na afloop van je wandeldagen géén natte tent en grondzeilen mee naar huis te nemen! Een groot voordeel! Op de camping is horeca aanwezig, maar de openingstijden hangen – in het najaar – kennelijk af van het aanbod (en de kennelijke staat) van bezoekers. Om 20.00u reeds was het café gesloten, en dat in het weekend! Ten slotte beschikt de camping over een aangename kampvuurplaats, in het bos aan de oever van de Hoëgne. Dus als je het een beetje regelt …
We besloten er dit keer een ‘driedaagse’ van te maken met twee overnachtingen. De uitdaging was om voor elke dag een leuke en interessante wandeling te vinden, zoveel mogelijk verschillend van die van de dag daarvóór. We kozen er mede daarom voor om niét alle wandelingen vanaf de camping te starten. Zó snel wisselt het landschap voor een wandelaar nu immers ook weer niet!
De eerste dag stond een 10 kilometer lange wandeling op het wandelmenu in de buurt van de door ons nog niet eerder bezochte Abdij Val Dieu in het Land van Herve (Pays de Herve), onmiddellijk ten zuiden van de Voerstreek. Deze wandeling vonden we op het internet: wandelmagazine.nu/wandelroutes/wandelroute-abdij-le-val-dieu. We maakten deze wandeling rond de abdij als uitgebreide ‘tussenstop’, onderweg naar camping Polleur. Het decor bestond uit een aangenaam, een beetje Zuid-Limburgs aandoend, heuvelachtig landschap met prachtige vergezichten.
De tweede dag volgden we een deel van de GR 573, het Sentier Vesdre-Hoëgne-Helle & Hautes Fagnes. De GR 573 stond al eens eerder op het programma van onze voettochten met rugzak en tent: zie op deze wandelpagina de voettocht ‘Hautes Fagnes (2)’. We wandelden destijds over dit prachtige sentier van de Baraque Michel in de Hautes Fagnes naar de omgeving van het dorp Polleur. Op het internet kun je veel informatie vinden over dit sentier. Voor zover bekend is de topogids van de GR 573 momenteel alleen nog in de Franse taal verkrijgbaar. Wij beschikten nog over een Nederlandstalige versie met ingetekende zwartwit kaartjes. We kozen dit keer voor een westelijker gelegen deel van het Sentier van de Vesdre, te weten het pad in het dal van de Vesdre tussen de dorpen Trooz en Pepinster. In totaal een wandeling van 13 kilometer over een hier en daar tamelijk geaccidenteerd sentier van Ardeense allure.
De laatste dag kozen wij voor een korte wandeling van 7 kilometer over het indrukwekkende, ten zuiden van Spa gelegen, ‘Fagne de Malchamps’. Een uitgestrekt veengebied, dat met zijn heide, moerassen, bossen en ‘knuppelpaadjes’ een vergelijking met de iets oostelijker gelegen Hautes Fagnes zeker kan doorstaan. Het Fagne de Malchamps wordt ook wel gezien als het meest westelijk gelegen deel van de Hautes Fagnes.
Al met al een zéér gevarieerd wandelprogramma dat, geïncorporeerd in de nieuwe ‘formule’ van onze voettochten, bij de deelnemers veel enthousiasme opriep. Voor herhaling vatbaar dus!
Dag 1: Rondwandeling bij de Abbaye du Val Dieu (10 km)
De cisterciënzerabdij “Notre Dame du Val Dieu” werd reeds in 1216 opgericht door monniken uit de omgeving van Maastricht. Destijds was het in de vallei van het beekje de Berwinne, waar de abdij werd gevestigd, kennelijk niet pluis, want de vallei werd “Vallée du diable” (vallei van de duivel) genoemd. De monniken doopten de vallei echter om in ‘Val Dieu” (Vallei van God, of, in het Vlaams ter plaatse ‘Godsdal’). De abdij van Val Dieu schijnt de enige Belgische abdij te zijn die de Franse revolutie heeft overleefd. Monniken zijn er heden ten dage niet meer in de abdij, maar het imposante gebouwencomplex herbergt nog wel een christelijke gemeenschap die zich verbonden weet met de cisterciënzers. En men brouwt er nog immer het overheerlijke abdijbier ‘Val Dieu’. De abdijkerk kan worden bezichtigd. In de overige abdijgebouwen kan men desgewenst worden rondgeleid. Aan de overzijde van het abdijcomplex bevindt zich de Moulin, waar ‘Val Dieu’-vrachtwagens het bier ter verspreiding komen ophalen. Aan de inwendige mens is ook gedacht. Binnen het abdijcomplex, in de voormalige stallen, is restaurant ‘Casse-Croûte’ (de naam staat voor ‘een hapje eten’) gevestigd met een mooi terras op de binnenplaats. Nabij de brouwerij annex molen vind je het eveneens van een terras voorziene restaurant ‘Le Moulin du Val Dieu’. Kortom, Val Dieu is een aangename plek, waar je je direct thuis voelt.
Onze wandeling omvat twee lokale wandelingen die ‘aan elkaar zijn geknoopt’: de Balade de Saint-Jean-Sart en de Balade du Diable, in het veld aangegeven door een blauwe ondergrond met daarop een wit vlaggetje. Regelmatig kom je, net als in Zuid-Limburg, draaihekjes of klaphekjes tegen op je pad. Vanaf de parkeerplaats van de abdij wandel je, rechtsaf gaand, een paar honderd meter langs de autoweg door het dal van de Berwinne om vervolgens, na de Berwinne overgestoken te zijn, een klein, langzaam stijgend, asfaltweggetje (Fort Pays) naar rechts in te slaan. Na de passage van een boerderijcomplex gaat het asfaltweggetje over in een veldweg. Je wandelt aangenaam door bosjes en open velden en het uitzicht op het Pays de Herve wordt intussen steeds imposanter. Je komt uit op een asfaltweggetje met de fraaie naam ‘Knuppelstock’. Je gaat rechtsaf en volgt de blauwe bordjes die je, in de nabijheid van een paar huizen, een veldweg opsturen. Je arriveert bij het begin van een graspaadje dat je naar de prachtige ‘oriëntatietafel’ van Knuppelstock voert, opgesteld bij een oude geschutskoepel. Het wijde uitzicht over het Pays de Herve is hier zonder meer fantastisch! De oriëntatietafel – met een diameter van 1,5 meter – is op zichzelf ook al een bezienswaardigheid. Het landschap dat je vóór je ziet is nauwkeurig in de steen gegraveerd. Een prima plek dus om even een rustpauze te nemen.
Weer terug op de veldweg ga je rechtsaf en na korte tijd linksaf door grasland, om uiteindelijk weer op het asfaltweggetje Knuppelstock terecht te komen. Je volgt dit weggetje naar rechts tot aan een driesprong, waar je rechtdoor oversteekt en door een hekje een weide betreedt, waarin je afdaalt in de richting van een boerenhoeve. Ook hier zijn de uitzichten op het Pays de Herve prachtig! In de buurt van de boerderij sla je linksaf en volg je het pad door de weilanden dat nu langzaam weer stijgt naar een driesprong van veldwegen. Daar ga je rechtsaf over een door bomen en struiken geflankeerd paadje dat – steeds maar rechtdoor gaand – uitkomt bij het beekje ‘La Bel’. Je steekt de asfaltweg over en je volgt opnieuw een veldweg tot je wéér op een asfaltweggetje stuit. Daar steek je over om over de tegenover liggende weide naar boven te gaan. Probleem is hier dat je het volgende oriëntatiepunt – in de vorm van een hekje – vanwege de helling niét kunt zien, maar als je een schuin rechtse koers aanhoudt, gaat dat toch niet verkeerd.
Uiteindelijk kom je op een geasfalteerd weggetje (‘Gaet’) uit, dat je naar links toe gaat volgen. Bij een driesprong met een drukkere autoweg (‘Corhez’) ga je rechtsaf en je volgt deze weg, die van naam verandert in ‘Bois d’Ansy’, een tijdje tot je, naar links toe, een kleiner geasfalteerd weggetje kunt inslaan bij het gehucht Macra. Je passeert de Chapelle Sainte-Lucie en je komt na een ‘slinger’ naar rechts weer op de Bois d’Ansy-weg uit. Daar ga je met de weg mee naar links. Net wanneer je het asfalt in dit oostelijke deel van de wandeling een beetje teveel van het goede begint te vinden mag je weer rechtsaf een veldweg op. Wanneer je de blauwe bordjes blijft volgen kom je, afwisselend lopend over veldwegen en soms wat asfalt door een immer golvend landschap, uit in het dorpje Saint-Jean-Sart. Onderweg kun je onder meer genieten van een mooi uitzicht op de markante, uit het dal omhoog stekende, torenspits van de Abbaye du Val Dieu.
In het hoog gelegen dorpje Saint-Jean-Sart houd je, vóór de kerk, links aan en je slaat het eerste asfaltweggetje naar links in om de afdaling naar de abdij te beginnen. De torenspits van de abdij blijft ook hier een welkom oriëntatiepunt. In de buurt van een aantal woonhuizen daal je, over een leuke veldweg, weer het dal van de Berwinne in. En tenslotte bereik je, na een stukje door een bos te hebben gewandeld, de gebouwen van de abdij. Tijd om na deze landschappelijk schitterende wandeling eens heerlijk op het terras van de abdij te gaan zitten en van het overheerlijke Val Dieu-bier te proeven.
Dag 2: Van Trooz naar Pepinster over de GR 573 (13 km)
De spoorlijn van Verviers naar Luik loopt door het dal van het riviertje de Vesdre en daarvan kun je gebruik maken als je van Trooz naar Pepinster wilt wandelen. Beide dorpen beschikken over een treinstation. Vanaf Pepinster kun je per trein, deels door het dal van de Hoëgne, óók naar Spa gaan. Onderweg zijn er dan treinstations in het dorp Theux en in het gehucht Franchimont, waar de autoweg naar de camping begint (Route du congrès de Polleur) en waar zich een imposant château bevindt. Kortom, als je vérder dan Pepinster wilt wandelen, zijn er óók mogelijkheden om van de trein gebruik te maken. Wij kiezen er echter voor auto’s op het vertrekpunt in Trooz te plaatsen en die later met een andere auto weer op te halen.
We starten bij de brug over de Vesdre (Ry Fenderie) nabij het opvallende, tegen een steile helling aangebouwde, 17e eeuwse ‘Château de la Fenderie’. Het kasteel behoort bij het vroegere metaalbedrijf La Fenderie, waar, naar verluidt, ijzer tot staven werd versneden ten behoeve van de vervaardiging van spijkers en dergelijke. Het sentier GR 573 steekt hier de brug over en volgt een stijgend asfaltweggetje (Rue Gelivaux) de heuvel op. Over een brug kruis je de spoorweg, vlakbij de ingang van een spoortunnel. Langzaam maar zeker beklim je, door een smal en bebost beekdal, de heuvelflanken van de Vesdre-vallei. De weinige huizen die je hier aantreft, ontvangen vermoedelijk door het jaar heen niet erg veel zon.
Boven aangekomen laat de bewegwijzering van de GR 573 – die over het algemeen genomen uitstekend is! – ons even in de steek. We houden, overeenkomstig de aanwijzingen in de topogids, rechts aan en lopen over een onverhard pad – te vér – naar de rand van een enorme ‘carrière’, oftewel steengroeve. Niet getreurd, want het uitzicht op de groeve en de achterliggende groene heuvels is bijzonder fraai. Dan hervinden we ons panoramarijke pad en komen terecht in het hoog gelegen gehucht Hansez. Aldaar verdwijnt het sentier over een onverhard paadje het bos in en al snel wandel je aangenaam tussen bos en weiden. Zó kennen we de Belgische sentiers weer! Uiteindelijk daal je weer af richting een volgend gehucht. Op een vijfsprong van asfaltweggetjes ga je rechtdoor, de geasfalteerde Rue Thier de Hansez in. Dan is het even opletten geblazen. Waar de asfaltweg naar links neigt, vind je, ietwat verscholen, het begin van een smal, stenig, dalend pad door het bos, rijkelijk bezaaid met keitjes. Toch wel mooi wandelen hier. Uiteindelijk bereik je de drukke autoweg tussen Luik en Verviers. Je gaat naar links langs de weg, steekt de Vesdre over (vanaf de brug een mooi panorama!) en je wandelt de bebouwde kom van het dorp Nessonvaux in. Op dit punt kruist de GR 573 de veel bekendere GR 5. Op enig moment vind je aan je linkerkant een welkom café, waar je een rustpauze zou kunnen houden.
Na de pauze sla je iets verderop rechtsaf de Rue de la Gare in, richting het dorp Trasenster. Bij het treinstation aangekomen steek je het spoor over door middel van een stalen voetgangersbrug. De GR 573 brengt je nu snel op een mooi, langzaam klimmend onverhard pad door bos en langs weiden, naar de hoogten van Trasenster.
In Trasenster ga je even linksaf, om al snel weer rechtsaf een weggetje in te slaan, dat je brengt naar opnieuw een onverhard wandelpad. Ter hoogte van een van stalen hekken voorzien vrijstaand pand, waar men kennelijk paarden houdt, gaat de GR – alweer enigszins verscholen – rechtsaf een geitenpaadje op, dat al snel zéér steil het dal van de Vesdre indaalt. Je krijgt uitzicht op de spoorlijn en het daarachter liggende dorpje Goffontaine mét opvallende kerk. Het is hier in deze omgeving bijzonder fraai! Uiteindelijk kom je op een asfaltweggetje uit, dat je een korte tijd naar rechts toe volgt. Dan over een klein asfaltweggetje naar links (Chemin Albert Dresse). Het weggetje volgt het dal van de Vesdre en je hebt aan de linkerzijde regelmatig mooie uitzichten op de overkant van de vallei.
Dan gaat het weer over een onverhard pad, bergop, het woud in. Je komt na enige tijd in een beekdal uit, waar je bij een eenzaam in de bossen gelegen woning linksaf door de wei een klein stukje van de GR kunt afsnijden. Aan de overzijde van het beekdal tref je het officiële sentier weer aan en je gaat verder door een immer fraai landschap richting Pepinster. Op een gegeven moment loopt het sentier weer door een meer open landschap met alweer mooie panorama’s en je passeert het Château des Masures uit 1854, naar het schijnt nú een ‘maison de vacances’. Steeds maar rechtdoor wandelend kom je uiteindelijk uit in het dorp Pepinster, Rue Chalsèche. Hier splitst de GR 573 zich. Rechtsaf kun je richting Theux en Spa verder wandelen. Rechtdoor, over de Rue de la Libération, wandel je het centrum van Pepinster in, waar je in de buurt van het treinstation een prima café met terras vindt (‘Christelle Carion’) om deze mooie wandeldag te beëindigen.
Dag 3: Rondwandeling bij het Fagne de Malchamps (7 km)
Het is een prachtig gebied voor een mooie zondagochtendwandeling, het Fagne de Malchamps, vijf kilometer ten zuiden van het Belgische stadje Spa. Oók, en misschien wel juíst, wanneer het hooggelegen Fagne, na een regenachtige nacht, in mistflarden is gehuld. Venen en nevels … het hoort toch een beetje bij elkaar! Wil je direct starten met een wandeling door het veengebied, dan kun je je auto het beste parkeren bij het ‘Domaine de Bérinzenne’, gelegen aan de Route de Bérinzenne 4. Je vindt er een ontvangstcentrum (‘Maison de la Nature’) dat, merkwaardigerwijs, in de weekenden is gesloten, alsmede een museum, dat in de weekenden pas opent om 14.00u. Iets om rekening mee te houden! Wil je de veenwandeling uitbreiden met een mooie wandeling door de omliggende bossen, dan kun je je auto parkeren bij het midden in het woud gelegen restaurant ‘La Source de la Géronstère’, Route de la Géronstère 119, op een kruispunt van wegen waar tevens de Route de Bérinzenne en de Chemin des Fontaines op uitkomen. Vanaf de parkeerplaats steek je schuin rechts de autoweg over en je volgt, steeds maar rechtdoor gaand, het bos pad door het fraaie, weldadige rust uitstralende woud. Op enig moment neigt het pad naar rechts en je komt uiteindelijk uit op de Route de Bérinzenne, vlakbij het Domaine de Bérinzenne. Daar ga je vervolgens verder, het echte Fagne in.
Er is keuze uit diverse wandelroutes. De ‘blauwe route’ is ruim 9 kilometer lang en loopt vooral óm het Fagne heen tot aan de autoweg Spa-Francorchamps. Een beetje teveel van het goede voor een zondagmorgen. Daarom kozen wij voor de ‘gele route’ van 5 kilometer die voor een belangrijk deel dwars door de uitgestrekte venen loopt over veelal houten, goed onderhouden, ‘knuppelpaadjes’. Jammer genoeg reikt het zicht door de mist niet ver, maar mysterieus is het allemaal wel, zo’n slingerwandeling door het immense moerasgebied met veel grassen, heide en hier en daar wat boomgroepen. Je voelt je hier echt in de Hautes Fagnes. Opeens duikt een forse uitkijktoren uit de nevels op. De toren is 24 meter hoog en staat op een plek waar het op zich al 570 meter hoog is. In de stilte hoor je in de verte motorgeraas, kennelijk afkomstig van het niet zo ver van hier gelegen circuit van Francorchamps. Maar erg hinderlijk is het geluid gelukkig niet. Op je route passeer je, midden in het Fagne, een monument – het zogenaamde RAF-monument – opgericht ter herdenking van een crash van een Brits Lancaster-gevechtsvliegtuig in april 1944.
Later trekken de nevels weg en krijgen we een prachtig uitzicht op de uitgestrektheid en schoonheid van het Fagne de Malchamps. Uiteindelijk komen we weer in het bos terecht en via het Domaine de Bérinzenne, waar we voor een gesloten museum komen te staan, wandelen we opnieuw over het mooie bospad tussen het Domaine en de autoparkeerplaats bij restaurant ‘La Source de la Géronstère’. Zo rond het zondagse middaguur is hier weinig leven in de brouwerij – zo lijkt het althans – dus daarom, voor een eenvoudige doch heerlijke ‘slotlunch’ met onze auto’s koers gezet naar de gastvrije Brasserie ‘L’Entre Source’ aan de Rue de la Sauvenière 141 (de weg van Spa naar Francorchamps) in Spa. De Brasserie ligt zowaar bij een camping, waardoor ons succesvolle wandelweekend volledig in stijl kon worden afgesloten.
– – –
(copyright: JWE van de Poel)